Het laatste avondmaal. Een ritueel dat we kennen uit de verhalen van de bijbel. Een avond die we kunnen romantiseren. Het zou voornamelijk heel gezellig moeten zijn, toch? Maar in de praktijk lijkt het toch vaak anders te gaan. Aan het eind van ons leven vieren we het vaak niet zo grootst, maar draait het om de laatste intieme en belangrijke momenten samen. Hoe ziet het laatste avondmaal er eigenlijk echt uit?
Naar mate we ouder worden, verandert onze smaak en geur. Onze beleving van eten en drinken verandert door het leven heen. Denk er maar eens over na. Smaken en geuren van bijvoorbeeld bepaalde groenten, bier, koffie of whisky vinden we vaak pas op latere leeftijd lekker. Er komt ook een fase aan het eind van het leven, waarbij de smaak en geur gedeeltelijk verdwijnt. De hersenen en de zintuigen beginnen het eetproces anders te ervaren. Dat hoeft op zich niet erg te zijn, als we maar op de juiste manier het eten gepresenteerd krijgen.
In het Hospice Kalorama Bethlehem in Nijmegen worden gasten in hun allerlaatste levensfase begeleid. Daar hoort natuurlijk voeding bij. Door het vaste team en een groot aantal vrijwilligers wordt er alle dagen van de week gekookt. Ik kook, samen met mijn moeder en zus, als een van die vrijwilligers. Deze activiteit heeft mij aan het denken gezet. Als ik denk aan een laatste avondmaal, lijkt het mij enorm gezellig en lekker. Samen met vrienden en familie, wijn en het lekkerste eten. Nog eenmaal genieten met zijn allen. Zo denk ik er nu over in mijn dertigste levensjaar, maar de praktijk wijst toch vaak anders uit: getroffen door een vervelende ziekte waardoor er geen eetlust meer is, fysiek beperkt worden om te eten of door ouderdom in de voorgaande jaren bijna alle vrienden en familie verloren te hebben. Wat doen deze laatste maaltijden dan voor een stervend mens?
Wat opvalt bij de essentie van smaak is dat er verschillende manieren zijn om het eten te beleven. Door geur, prikkels en smaak ervaren we eten. Smaken als zoet, zuur, zout, bitter en umami kennen we allemaal. De prikkel van bijvoorbeeld Spa rood of een hete peper blijft na smaakverlies vaak wel over. Maar onze beste vriend, onze reuk, daarbij gaat meestal verloren. Geur bepaalt voor het grootste deel hoe we eten ervaren. Eten bereiden voor mensen in de laatste levensfase, moet dus vooral gericht zijn op dit laatste zintuig.
Daarnaast ervaren mensen positieve of negatieve effecten van voeding en de omgevingsfactoren. Bedenk maar eens hoeveel invloed het heeft als je iets eet wat een fijne herinnering van vroeger terugbrengt. De onderlinge band of de setting waarin het gegeten is, brengt dan meer dan alleen de smaaksensatie teweeg. Daarnaast kunnen religie, cultuur en lokale gewoonten ook sterke invloed hebben op de beleving.
Een verhaal van een van de vrijwilligers is mij bijgebleven. Een gast die het grootste deel van zijn leven in het prachtige Limburg heeft doorgebracht, hield enorm van het typische Limburgse ‘zoervleisj’. Een gerecht dat zijn typische smaak krijgt van laurierblad, jeneverbes en kruidnagel. Zo’n gerecht is natuurlijk enorm herkenbaar van smaak. Een avond werd dit gerecht voor deze meneer bereid en hij heeft het smakelijk opgegeten. De volgende dag overleed de man. Zijn laatste avondmaal heeft hem teruggebracht naar zijn verleden, back to his roots. Zo indrukwekkend kan het laatste avondmaal dan toch zijn.
Hoe het laatste avondmaal precies voor ons zal worden, weten we gelukkig nog niet. Wellicht belangrijk om hier toch eens over na te denken: misschien eet en proef je dan bewuster, wetende dat het ooit voor ons allemaal zal veranderen.
De prestatie van alle vrijwilligers bij het Hospice Kalorama Bethlehem wordt in ieder geval erg gewaardeerd. Ik ben er trots op dat we iets moois kunnen betekenen voor de gasten die er de laatste fase van het leven doorbrengen.